Javascript is required to view this map.

gilze en rijen

De gemeente Gilze en Rijen heeft 25.700 inwoners (2011) en bestaat uit de kernen Rijen, Gilze, Molenschot en Hulten. Gilze en Rijen liggen hemelsbreed vier kilometer uit elkaar en worden van elkaar gescheiden door de Molenschotse Heide. Het bedevaartsplaatsje Molenschot is de meest westelijk gelegen kern in Midden-Brabant.

Gilze is een van de oudste plaatsen in de Baronie van Breda en behoorde rond het jaar 1000 toe aan de Abdis van Thorn. Het zogenaamde domeinakkerdorp bestond oorspronkelijk uit een groep boerenhoeven op een zandplateau. De schildvormige perceelsstructuur rondom Gilze getuigt van deze ontstaansgeschiedenis. Het dorp heeft door de eeuwen heen veel te lijden gehad onder oorlogsgeweld. In de Tachtigjarige Oorlog (1568-1648) werd het dorp verwoest en zijn vele inwoners vermoord. Tijdens de Tweede Wereldoorlog voegde de Duitse bezetter de bestaande vliegvelden Molenheide en Nerhoven samen tot ‘Fliegerhorst Gilze-Rijen’, de latere vliegbasis Gilze-Rijen. Als gevolg hiervan kregen vooral Gilze en Hulten te maken met hevige beschietingen en bombardementen.

Rijen was oorspronkelijk een buurtschap van Gilze. In 1464 kreeg Rijen een eigen kapel en in 1524 werd het een zelfstandige parochie. Tot de aanleg van de spoorlijn tussen Breda en Tilburg in 1863, en de bouw van een station in Rijen, was het dorp ondergeschikt aan Gilze. Het was een agrarische kern met enkele thuiswerkers in de leernijverheid. Na 1875 maakte de leerindustrie er een grote groei door. Groothandels in leer en fabrikantenvilla’s, veelal ontworpen door de Rijense architect Ad Aarts, verrezen nabij het station. Arbeiders woonden in kleine, door fabrikanten gebouwde huizen aan de Hoofdstraat. Pas nadat hier een zeer lange lintbebouwing tot stand was gekomen, werden ook de zijstraten bebouwd. Ook hier wisselen grote fabrieksgebouwen en woonhuizen elkaar af. Naast de leer- en schoenindustrie waren in de gemeente van oudsher een aantal steenfabrieken.

Nadat het gemeentehuis in Gilze in 1944 door de Duitsers was verwoest, verplaatste men de zetel van het gemeentebestuur naar het intussen grotere Rijen. De meeste leerfabrieken zijn inmiddels verdwenen en vanaf 1980 vonden op de open plekken, die hierdoor ontstonden, 'inbreidingen' plaats met woonbuurten, zoals De Looierij (2003) vlakbij het station en De Leertuinen (2007) langs de Hoofdstraat. Rond het Wilhelminaplein wordt sinds het begin van deze eeuw een nieuw dorpshart gecreëerd.

Het driehoekige plein dat het centrum van het kerkdorp Molenschot vormt, telt zes rijksmonumenten, waaronder de St. Anna, een neogotische kerk uit 1887. Aan de oorspronkelijke kruisvorm werden in 1953 zijbeuken toegevoegd om tot een pseudo-basiliek te komen. Op de vernieuwde banken na is het gehele interieur nog oorspronkelijk, zoals de figuratieve tegelvloer, muurschilderingen, donker eiken preekstoel, koortribune, biechtstoelen, altaren en glas-in-loodramen met scènes uit de levens van Maria en Anna, de moeder van Maria. Het schip heeft een beschilderd houten tongewelf met trekstangen.

lees meer