Javascript is required to view this map.

Industrie

Halverwege de negentiende eeuw veranderde de nijverheid (in leer en textiel vooral) die in Midden-Brabant al ruimschoots aanwezig was in industrie. Dat leidde tot nieuwe architectuur, op een schaal die voorheen niet bestond. Deze fabrieksarchitectuur volgt in grote lijnen de stilistische tendensen van de architectuur, zij het veelal in een rationele, onopgesmukte vorm. Fabrieksarchitectuur is in Midden-Brabant eerst en vooral nuttig en efficiënt.

Het is de combinatie van de opkomst van de industrie en de ontwikkeling van een omvangrijke katholieke infrastructuur die onderscheidend is voor de regio, en in sommige opzichten zelfs uniek. Het samengaan van deze twee drijvende krachten, industrie en kerk, heeft het aanzien van Midden-Brabant in hoge mate bepaald. Elders in Brabant is er ook veel architectuur in opdracht van de Rooms Katholieke kerk gerealiseerd, maar is de industrie weer minder present, en waar wel veel industrie is zoals in Eindhoven, is deze van een andere orde en aard. Eindhoven is getekend door de prominentie van één bedrijf – Philips – dat niet alleen laboratoria, fabrieken en kantoorgebouwen heeft voortgebracht, maar een compleet stedelijk spectrum van woonwijken tot sportvoorzieningen. Dat is totaal anders dan de kleinschaliger en meer diverse industrie in Midden-Brabant, die bovendien diepere historische wortels heeft in de regio. Ook is in Eindhoven de katholieke cultuur minder dominant aanwezig in het stadslandschap dan in bijvoorbeeld Tilburg.

Voor de komst van de grote lederfabrieken, telde Oisterwijk tientallen kleine leerlooierijen, veelal familiebedrijfjes. Mechanisatie en scheikundige ontwikkelingen leidden tot schaalvergroting in deze industrie, waarvan de Lederfabriek Oisterwijk een voorbeeld is. Het ketelhuis uit 1924 is het meest interessante gebouw van het complex. Hierin staat de stoommachine met draaistroomgenerator die de elektriciteit van de fabriek opwekte.

lees meer

Dit gebouw was tussen 1902 en 1929 een leerlooierij. Daarna heeft het onder andere dienst gedaan als showroom voor meubelen, als stoffeerderij en als opslagplaats. Sinds 1993 is het in gebruik als woonhuis.

lees meer

Maalderij ’t Stoom is een voorbeeld van de overgangsperiode van de traditionele windmolen naar de machinale maalderij. Het complex is in ambachtelijk-traditionele stijl gebouwd en heeft veel overeenkomsten met de leerlooierijen in de regio. Het bestaat uit een hoofdgebouw met enkele aanbouwen en een vrijstaande houten loods.

lees meer

Steenfabriek Hendrickx was de laatst werkende steenfabriek met een ringoven in Noord-Brabant. De Gilzersteen, die in de oven werd gebakken, was een goede baksteen in een handzaam formaat, waarmee in Gilze en omgeving veel is gebouwd. De hoogtijdagen voor de fabriek lagen vlak na de Tweede Wereldoorlog, toen de vraag naar bouwmaterialen groot was.

lees meer

Montis meubelfabriek is in 1974 opgericht door de gebroeders Ton en Gerard van den Berg. Voor de productie van hun meubels was Dongen een logische vestigingsplaats, vanwege de leerindustrie van de Langstraat. In 1975 vestigde het bedrijf zich aan de Steenstraat waar eind jaren tachtig deze uitbreiding is gerealiseerd, die in de volksmond bekend staat als ‘het zwarte gebouw’.

lees meer

Smits was de oudste machinale schoenenfabriek in Dongen. De fabriek is in verschillende fasen gebouwd aan het eind van de negentiende en begin van de twintigste eeuw en is tot 2003 in gebruik gebleven. Karakteristiek zijn de raampartijen met kleine vierkante ruitjes, de brede houten deuren en de luiken bij de bovenramen. In de tweelaagse, oostelijke aanbouw was het kantoor van de fabriek gevestigd.

lees meer

Vanaf 1850 ontwikkelde Dongen zich samen met Kaatsheuvel en Waalwijk tot het centrum van de Nederlandse schoenindustrie. De in 1879 opgerichte JAL schoenfabriek vormt een ensemble met de fabrikantenvilla en personeelswoningen.

lees meer

De fabrikantenwoning aan de straat en het oudste deel van de voormalige looierij op het achtererf dateren uit het derde kwart van de negentiende eeuw. De looierij heeft de gebruikelijke opzet met het nathuis in baksteen op de begane grond en een opbouw in hout voor het drooghuis. Beneden werden huiden verwerkt tot leer, waarna deze op de verdiepingen te drogen werden gelegd. De looierij is in 1908 uitgebreid. Deze eenlaagse aanbouw met plat dak dateert uit de tijd dat ventilatoren werden ingezet voor het drogen en droogluiken overbodig werden.

lees meer

Deze schoenenfabriek stamt uit 1906. Van Haren nam de fabriek in 1931 over, waarna deze sterk werd uitgebreid en zijn huidige vorm kreeg.

lees meer

Dit was in 1910 met honderdvijftig werknemers de grootste schoenenfabriek in Waalwijk. In 1965 sloot de fabriek als één van de eerste en luidde daarmee de ondergang in van de leerindustrie in de Langstraat.

lees meer