Javascript is required to view this map.

Katholicisme

Naast de industrialisatie vormde de katholieke emancipatie halverwege de negentiende eeuw een wezenlijke verandering. In 1848 werd in een grondwetswijziging de vrijheid van godsdienst vastgelegd, waardoor het voor katholieken weer mogelijk werd hun geloof openlijk te belijden; in 1853 werd de bisschoppelijke hiërarchie hersteld. Vanaf toen kon een katholieke infrastructuur ontstaan die reikt van kerken, kloosters en ouderenhuisvesting tot scholen, patronaten en de campus van de universiteit van Tilburg. Een deel van deze infrastructuur is te typeren als boegbeelden van de katholieke zuil, zoals de trotse nieuwe of vernieuwde kerkgebouwen die in elke stad en vrijwel elk dorp zijn te vinden, maar ook allerlei gebouwen die op een meer alledaagse manier het zelfbewustzijn van het katholieke bevolkingsdeel laten zien.

Het is de combinatie van de opkomst van de industrie en de ontwikkeling van een omvangrijke katholieke infrastructuur die onderscheidend is voor de regio, en in sommige opzichten zelfs uniek. Het samengaan van deze twee drijvende krachten, industrie en kerk, heeft het aanzien van Midden-Brabant in hoge mate bepaald. Elders in Brabant is er ook veel architectuur in opdracht van de Rooms Katholieke kerk gerealiseerd, maar is de industrie weer minder present, en waar wel veel industrie is zoals in Eindhoven, is deze van een andere orde en aard. Eindhoven is getekend door de prominentie van één bedrijf – Philips – dat niet alleen laboratoria, fabrieken en kantoorgebouwen heeft voortgebracht, maar een compleet stedelijk spectrum van woonwijken tot sportvoorzieningen. Dat is totaal anders dan de kleinschaliger en meer diverse industrie in Midden-Brabant, die bovendien diepere historische wortels heeft in de regio. Ook is in Eindhoven de katholieke cultuur minder dominant aanwezig in het stadslandschap dan in bijvoorbeeld Tilburg.

In de periode 1900 tot 1960 was Jan van der Valk een van de meest actieve architecten in Tilburg. Dit Odulphuslyceum, een gymnasium voor jongens, is een strak, aan de late Amsterdamse School verwant gebouw. De plattegrond van de geheel in baksteen opgetrokken school bestaat uit drie vleugels. Twee ervan zijn in een L-vorm rondom een schoolplein geplaatst, terwijl de derde zich naar de straat richt en daarmee een voorplein afbakent. In dit meest prominente deel, dat als enige voorzien is van een zadeldak, bevindt zich de aula. Een twee verdiepingen hoge erker, met versieringen in glas-in-lood en smeedijzer, vormt de hoofdentree. Zowel bij deze hoofdingang als bij de poort naar de binnenplaats, waar ook een beeld van St. Odulphus staat, is in sierletters de naam van de school aangebracht. Vijf door Toon Berg gebrandschilderde ramen in art deco stijl in de hal beelden de ‘vijf elementen der cultuur’ uit.

lees meer

In 1832 stichtte de latere bisschop Johannes Zwijsen de Congregatie van Zusters van Onze Lieve Moeder van Barmhartigheid en werd begonnen met de bouw van dit grote kloostercomplex. Een reeks architecten was verantwoordelijk voor de bouw van het moederhuis dat tussen 1890 en 1916 tot stand kwam. De gevelwand van de Oude Dijk wordt voor een groot deel in beslag genomen door het in baksteen opgetrokken kloostergebouw. Om tot een eenheid te komen, pasten de verschillende architecten een coherente neorenaissancestijl toe. De bouwfasen van het gebouw zijn af te lezen aan de verschillen in goothoogte en dakvorm.

lees meer

Vanaf 1820 tot het herstel van de bisschoppelijke hiërarchie in 1853 werden katholieke kerken onder toezicht van Rijkswaterstaat gebouwd. Dat gebeurde meestal in de neoclassicistische stijl die ook voor protestantse kerken gebruikelijk was. Na 1853 groeiden de parochies in de katholieke delen van Nederland snel en nam de vraag toe naar nieuwe katholieke bouwwerken zoals kerken, scholen en kloosters, gewoonlijk in neogotische stijl.

lees meer

Rondom het enige nog groene Vrijthof in Nederland liggen een aantal typisch Kempische huizen en verschillende religieuze gebouwen. De 75 meter hoge gotische toren met uivormige torenspits van de St. Petrus’ Bandenkerk uit 1450 vormt het middelpunt van het marktveld.

lees meer

Deze kerk in traditionalistische stijl heeft een T-vormige plattegrond en bezit een driebeukig schip dat uit vier raamtraveeën bestaat. Oorspronkelijk waren zes traveeën bedacht, maar twee daarvan zijn nooit uitgevoerd. Doordat het middenschip beduidend breder en hoger is dan de zijbeuken, komt er door de spitsboogvensters veel daglicht binnen. Karakteristiek zijn de zware, op de gotiek gebaseerde steunberen die de kerk een stevig uiterlijk geven. Ze zijn afgedekt met tufsteen.

lees meer

In het voormalige klooster St. Franciscus van Sales op de hoek van de Kloosterstraat en Thomas van Diessenstraat startten de Fraters van Tilburg in 1890 de eerste lagere school voor geestelijk zwakbegaafde kinderen (jongens) in Nederland.

lees meer

Deze neogotische kerk, geïnspireerd op een van de oudste gotische kerken in Duitsland, de Liebfrauenkirche in Trier, is een van de belangrijkste late werken van Cuypers, de architect van het Rijksmuseum en het Centraal Station in Amsterdam. Hij ontwierp een volmaakte combinatie van een lengtebouw en een centraalbouw.

lees meer

Dit patronaatsgebouw diende als vervanging van het onderkomen aan de Nieuwstraat in het voormalige raadhuis, en bood onderdak aan verschillende verenigingen in het dorp. De voorgevel kenmerkt zich door decoratieve gemetselde steunberen op de hoeken van het gebouw en centraal onder de topgevel.

lees meer

Deze neogotische kerk, beeldbepalend in Rijen, heeft drie beuken, een zeventig meter hoge westtoren, een aparte rouwkapel en een sacristie. In het exterieur vallen vooral de smalle lancetvensters op en de gele sierbanden (speklagen) in verblendsteen, waarmee zowel de toren als het schip is gedecoreerd. De kerk bezit zadeldaken met leien in maasdekking, waarbij op de kruising tussen schip en transept een spitse dakruiter is geplaatst. In de kerk zijn gebrandschilderde ramen te vinden van Max Weiss en bij het priesterkoor staan levensgrote lindenhouten beelden van Maria en Maria Magdalena. Op de zijwanden van de kerk is in email de kruisweg afgebeeld door de Dongense kunstenaar Johannes Willemen.

lees meer

Het driehoekige plein dat het centrum van het kerkdorp Molenschot vormt, telt zes rijksmonumenten, waaronder de St. Anna, een neogotische kerk uit 1887. Aan de oorspronkelijke kruisvorm werden in 1953 zijbeuken toegevoegd om tot een pseudo-basiliek te komen. Op de vernieuwde banken na is het gehele interieur nog oorspronkelijk, zoals de figuratieve tegelvloer, muurschilderingen, donker eiken preekstoel, koortribune, biechtstoelen, altaren en glas-in-loodramen met scènes uit de levens van Maria en Anna, de moeder van Maria. Het schip heeft een beschilderd houten tongewelf met trekstangen.

lees meer